Herman Ponsteen blikt terug op het EK baanwielrennen in Glasgow

Geplaatst op 22-08-2018  -  Categorie: Actueel  -  Auteur: Marti ten Kate

Marti ten Kate interviewt Herman Ponsteen

NVOD lid sinds januari 1994

wielrennen 1976 Montreal

14 augustus 2018

 

Na het EK wielrennen sprak ik met Herman Ponsteen en keek met hem terug op dit EK, waarbij Herman natuurlijk vooral gelet heeft op het baanwielrennen, de discipline waar hij zelf ook veel successen kende.

 

Herman, wat doe je nu?

“Ik heb een fietsenzaak in Rijssen en wij maken gebruikte fietsen klaar voor de vakhandel. Het komt er eigenlijk op neer dat we elke week een stuk of dertig fietsen helemaal restylen en dan op vrijdag afleveren bij klanten, vooral in Amsterdam.

Wij wonen ook bij de zaak en dat maakt het werk toch wel extra leuk, want zo ben ik eigenlijk heel vaak thuis”.

 

Jij bent bekend geworden als baanwielrenner, maar hoe ben je daarmee in aanraking gekomen?

“Als jochie reed ik eerst vooral op de weg en deed niet meer dan tien keer per jaar mee aan wedstrijdjes, vooral in de regio. Op een gegeven moment had de vader van baanwielrenner Gert Bongers mij een paar keer zien rijden en die vroeg mij toen om een keer naar de wielerbaan in Apeldoorn te komen. Daar reed ik een paar keer, deed op aandringen van Bongers ook mee aan een baanwedstrijd en toen klopte ik meteen toppers als Fedor den Hertog en Dries van Wijhe. Even later werd ik tweede op het NK en mocht ik mee naar de Olympische Spelen in München in 1972. Met de achtervolgingsploeg werden we daar toen vijfde”.

 

Wat waren jouw grootste sportieve successen?

“Natuurlijk is het mooi om als baanwielrenner medailles te winnen op een WK en ook is het mooi als je een wereldrecord rijdt op de 5 km, maar het gaat eigenlijk toch om de Olympische Spelen. Richting Spelen van 1976 had ik mij steeds meer gespecialiseerd in de individuele achtervolging en was er voor mij een fantastische fiets in elkaar gezet.

In de kwalificatie bij die Olympische Spelen ging ik als derde door naar de laatste zestien. Na nog drie overwinningen kwam ik toen in de finale te staan tegenover de West-Duitser Gregor Braun. Bij de finale in Montreal zaten toen 7200 toeschouwers in het stadion, die zagen mij in een hele spannende finale net verliezen”.

 

Wanneer ben jij gestopt?

“Na 1976 bleef ik fietsen op zowel de weg als de baan en probeerde ik op de baan ook wel onderdelen als de scratch en de puntenkoers uit. Mijn laatste internationale medaille won ik nog op de baan bij het WK in 1980, toen won ik zilver. In 1982 ben ik uiteindelijk gestopt met wielrennen op hoog niveau”.

 

Hoe volg je sindsdien en ook nu het wielrennen?

“Heel veel natuurlijk via de televisie en dan zie je op een gegeven moment ook nieuwe onderdelen als Mountainbike en BMX komen. Je ziet nu ook wel rijders die eerst BMX doen en daarna doorgaan op de explosieve nummers op de baan. Die passen ook heel goed bij de Teamsprint op de baan. Vroeger had je dat onderdeel nog niet bij de Olympische Spelen, maar kwam zoiets eigenlijk eerst bij de Zesdaagsen”.

 

Hoe heb je het afgelopen EK in Glasgow gevolgd?

“Allereerst was het nu natuurlijk een rare periode voor een EK baan. Normaal is een EK kort na de start van het winterseizoen. Vroeger kwamen veel rijders na de Tour en het WK weg naar de baan, die hadden dan een topconditie voor onderdelen als de individuele of de ploegenachtervolging. Nu rijd je bij die onderdelen in de kwalificatie en gaat daarna alleen de top vier door in de strijd om de medailles.

In mijn tijd reed je veel vaker voordat je in de finale kwam. Achtervolging is sowieso een onderdeel waar je heel veel voor moet trainen. Je rijdt vrijwel dagelijks 120 km om op een wedstrijd 4 km voluit te kunnen rijden.

Ik heb bij het EK nu heel veel wedstrijden gezien en kijk dan ook vooral naar de Nederlanders. Velen daarvan had ik vorig jaar ook al gezien bij het WK vorig jaar in Apeldoorn. Iemand als Jeffrey Hoogland, die hier vlakbij uit de buurt komt heeft dan altijd mijn extra aandacht”.

 

Wat viel jou op bij dit EK Wielrennen?

“Al jaren en ook nu valt mij op dat die kerels op de sprintnummers wel 20 tot 30 kilo zwaarder zijn dan wij destijds. Ze zitten nu veel meer in het krachthonk. Toch reed ik vroeger ook al 1:03 op de 1 km tijdrit. Op de banen van toen en met het materiaal van toen. Nu zie je er bij de top acht altijd een paar onder de minuut rijden.

En als Jeffrey dan rijdt, dan kijk ik toch wel met extra aandacht. Nu met goud op de sprint en op de teamsprint, dan was toch geweldig. Ook Kirsten Wild die hier uit de provincie komt, deed het net als op het WK vorig jaar weer heel erg goed. Zij stak er met kop en schouder boven uit op de scratch en het omnium.

En als je naar het totaal kijkt, dan denk ik dat Nederland weer heel goed heeft gedaan”.

 herman-ponsteen

MENU

CONTACT

NVOD

Papendallaan 60

6816 VD Arnhem

ofni.[antispam].@nvod.nl

06-54308362

PRIVACY BELEID

Wil je ook lid worden?

CONTACT

NVOD

Papendallaan 60

6816 VD Arnhem

ofni.[antispam].@nvod.nl

06-54308362

PRIVACY BELEID